Boek: 
Leren veranderen.
Kennis voor veranderaars in opleiding en praktijk

Schrijvers: Hans Vermaak en Léon de Caluwé

Klassiekers in verandermanagement refurbished

Recensent: Bert Peene

Wie ‘kleurentheorie’ zegt, denkt waarschijnlijk meteen aan ‘Leren veranderen. Kennis voor veranderaars in opleiding en praktijk’ van Hans Vermaak en Léon de Caluwé. Het boek is al jaren het meest gebruikte handboek over veranderkunde in Nederland en daardoor een van de weinig klassiekers die wij op dit gebied kennen. De eerste editie verscheen in 1999, de tweede in 2006 en nu ligt de derde editie op de schappen. Opnieuw ‘geheel herzien’, zoals het omslag belooft. Tijd dus voor een hernieuwde kennismaking.

Voor alle zekerheid – misschien zijn er onder u die nog niet eerder met het kleurendenken kennismaakten – een korte samenvatting van die theorie. Het kleurendenken is bedoeld als een overzicht van stromingen en benaderingen in de veranderkunde. Daaronder ligt de overtuiging dat je de grote diversiteit aan veranderaanpakken nooit kunt begrijpen en effectief aanpakken met behulp van slechts één veranderbenadering. Ook waarschuwen de auteurs voor het gevaar van de exclusieve keus voor één benadering (waarmee je je als veranderaar het meest vertrouwd voelt). Verandervraagstukken vragen om meervoudig kijken en daartoe moet je allereerst kennis hebben van verschillende benaderingen. 

Vermaak en De Caluwé hebben de benaderingen in hun model voor de overzichtelijkheid van een kleur voorzien. ‘Geel veranderen’ staat bijvoorbeeld voor onderhandelen. Dat wil zeggen: in een verandertraject handel je vanuit de overtuiging dat er pas iets verandert als je belangen bij elkaar brengt in een machtsspel en toewerkt naar een haalbare oplossing, een win-winsituatie. Verder zijn er nog de kleuren ‘blauwe veranderen’, ‘rood veranderen’, ‘groen veranderen’ en ‘wit veranderen’. Hierbij ligt de nadruk achtereenvolgens op rationeel en gepland, motivatie en aandacht, leren en ontwikkelen en dialoog en zelforganisatie. Deze kleuren vormen samen het kader waarbinnen intrigerende vragen worden behandeld als: waarom is veranderen zo gecompliceerd, wat zijn de hoofdbestanddelen van geplande verandering en hoe kun je verandering tot realiteit maken?

In de loop der jaren hebben de auteurs hun gedachtegoed verder aangescherpt en vermeerderd. Dat was al te zien in de tweede editie en dat is deze keer niet anders. De lezer krijgt nu vier keer zoveel materiaal als voorheen: een kwart in het fysieke boek, dat nog steeds de ruggengraad van ‘Leren veranderen’ vormt, en driekwart op een bijbehorende kennissite: www.lerenveranderen.nl. Je vindt daar een kleurentest, videocolleges, kennisclips, oefeningen en cases. Die website is overigens alleen toegankelijk voor lezers van het boek.

De auteurs hebben het materiaal uit beide voorgaande edities niet alleen vermeerderd, maar ook verdiept en verbreed. De verdieping zit voornamelijk in het opsplitsen van het hoofdstuk 'Van idee naar uitkomst' in twee zelfstandige hoofdstukken: 'Begrijpen wat er aan de hand is' en 'Veranderstrategie', en het nieuwe hoofdstuk 'Kleurendrukdenken voor gevorderden'; de verbreding in het aanbieden van nog meer diagnosemodellen. 

‘Leren veranderen’ is erudiet, maar vooral ook praktisch; zonder dat het een how to genoemd kan worden overigens. Het biedt de beginnend veranderaar een uitgebreid overzicht aan state of the art veranderkundige inzichten, methoden en instrumenten. Voor de ervaren veranderaar biedt het volop mogelijkheden de eigen toolkit aan te vullen en uit te breiden.

Als we dan toch wat uitvoeriger stilstaan bij ‘golden oldies’ (met alle respect overigens), wil ik ook kort aandacht schenken aan de tweede, geheel herziene druk van het ‘Basisboek Integrale Veranderkunde’ van Anton Cozijnsen en Willem Vrakking, die eind vorig jaar verscheen. Ook gezaghebbend, maar beduidend minder dan ‘Leren veranderen’. Dat komt mogelijk doordat het boek niet meer zo goed past in wat Leike van Oss en Jaap van ’t Hek ergens ‘de Hollandse school van verandermanagement’ noemen: ‘een school die zich met name richt op de participatieve aanpakken waarin we stapsgewijs, met betrokkenheid van medewerkers de verandering realiseren.’ Cozijnsen en Vrakking horen thuis in de planned-changetraditie. In de kern komt deze traditie erop neer dat veranderingen als stuurbaar worden beschouwd omdat de mens een rationeel wezen is. ‘Planned’  wil zeggen: doordacht, gebaseerd op data en goed gedocumenteerd. Waar je volgens de aanhangers van de Hollandse school samen met je medewerkers een verandering ‘in elkaar knutselt’, ga je volgens Cozijnsen en Vrakking c.s. veel planmatiger te werk. Voor managers die graag grip op het veranderproces houden, zal dit waarschijnlijk erg aantrekkelijk klinken. Of die benadering voldoende recht doet aan de organisatiewerkelijkheid, is een tweede. (Wat typisch een opmerking is van iemand die de ideeën van de Hollandse school van harte omarmt.)

Wie de moeite neemt beide boeken te lezen, zal ontdekken dat ze allebei rusten op een stevig, wetenschappelijk fundament. De geraadpleegde bronnen verschillen echter nogal. Verder is het ‘Basisboek Integrale Veranderkunde’ eens zo dik als ‘Leren veranderen’, wat komt doordat alle materialen – theorie, casussen en verwerkingsopdrachten – in het fysieke boek gestopt zijn. en die casussen, tja, die hebben betrekking op fictieve organisaties. Dat zou je een minpunt kunnen noemen.

 

Bert Peene is opleider en werkt daarnaast als journalist voor Managementboek Magazine en het VO Magazine.​​​​​
 



Ingezonden recensie

Recensent: Carin Gabriels, Teamleider bij Pontes Pieter Zeeman; Locatie Zierikzee

Rapportcijfer: 9

Heb je plannen om zaken op je school te veranderen of word je geconfronteerd met veranderingen? Wil je weten hoe je deze veranderingen goed kunt aanpakken en daarbij ook vooral begrijpen waarom zaken lopen zoals ze lopen of mensen zo reageren als ze dat doen; schaf dan dit boek aan en reserveer ruimte in je agenda om het samen met je collega’s te bespreken.

Dit boek behandelt vanuit het kleuren-denken allerlei facetten die te maken hebben met veranderen. Daarnaast biedt het boek gratis toegang tot een site waarop naast achtergrondkennis ook heel veel praktische zaken te vinden zijn die inzicht bieden in jezelf en veranderprocessen. En tot slot; via QR-codes bij de verschillende thema’s in het boek kom je via je mobiel direct bij extra zaken.

Het boek is geen kant-en-klaar antwoord op een hele specifieke vraag! Het biedt kennis en inzicht waarmee je heel goed praktisch aan de slag kunt. Doordat het boek heel uitgebreid is, is het helemaal lezen een behoorlijke kluif. Als je echter al wat meer ervaring hebt met veranderen en/of er ‘zit wat druk op de ketel’, kun je ook direct naar die hoofdstukken die je praktische handvatten geven.

Een boek om blijvend in mijn kast te hebben en waarvan ik de zaken op de site zeker ga gebruiken!

Collegiale groet!