Wat maakt coachend leidinggeven nu coachend en hoe kun je dit voor jezelf als ook voor je team(s) verder ontwikkelen en inzetten? Deze vragen komen natuurlijk aanbod in de opleiding tot VO-managementcoach. Op het VO-congres 23 november jl. organiseerden wij hier een workshop over. Inmiddels zijn voor de sector 240 schoolleiders en bestuurders opgeleid tot coach en wordt het leertraject heel hoog, met een 9 als cijfer, gewaardeerd. 

“Dan doen we zeker iets goed”, zegt Martin Hulsen die samen met Eefke Meijer deze workshop verzorgt. Met zijn ruim 38 jaar ervaring in het voortgezet onderwijs weet hij waar hij het over heeft als hij op het VO-congres in Utrecht de zaal met 25 aanwezige schoolleiders en bestuurders toespreekt. In het traject gaat het volgens hem vooral, “dat we leren van elkaar en met elkaar. Iedereen leert zelf ook weer en wordt meer bewust van zijn of haar gedrag en emoties in bepaalde situaties”. Vragen stellen is een, maar luisteren is twee en ‘op je handen zitten’ is drie. Waar het op neer komt is dat je als coach niet of niet te snel zelf antwoorden geeft, maar de coachee dit bewust laat doen.
 


Voortijdig gestopt 

Op de vraag wie al een intern of extern coachtraject ooit doorlopen heeft, steken maar een paar mensen de vinger op. Dat geldt ook als gevraagd wordt wie bewust met teamcoaching bezig is. De praktijk in het voorgezet onderwijs blijkt dus weerbarstig. “Meerdere startende schoolleiders die vorig jaar aan het gelijknamige leertraject van de VO-academie meededen stopten voortijdig met zijn of haar functie. Bijna niemand van hen had een coach”, zegt projectleider Eefke Meijer. Juist van hen wordt veel gevraagd, er komt veel op hen af. Daarom dat managementcoaches nodig zijn om deze uitval te voorkomen. 

Martin Hulsen hamert op het belang ervan. Zeker als individuele en teamontwikkelingen ermee gemoeid zijn en de waan van de dag toeslaat. Coaching schiet er bij scholen dan weleens bij in. Terwijl je met managementcoaching betere schoolleiders krijgt die hun vaardigheden meer en beter kunnen inzetten. “Oog hebben voor interactieprocessen, vooral als nieuwe mensen in het team komen. Ook de competenties van je team kennen en binnen de kaders van de school blijven, hoort hierbij”. Dit onder de aandacht brengen, (laten) herkennen en daarbij valkuilen omzeilen, is wat belangrijk voor coach en coachee is. 
 


 

Relatie ontwikkelen 

Hiervoor worden in het leertraject verschillende gesprektechnieken, werkvormen en modellen geoefend. Martin en Eefke sommen er een aantal op: empathisch zijn, (persoonlijk) reflecteren, intervisie, geweldloos communiceren, niet te snel luisteren (reageren), gebruik maken van de ‘dramadriehoek, de fasen van groepsvorming (Tuckman)’. Ook geeft hij diverse boekentips waar kennis en inspiratie uit geput kan worden. “Uiteindelijk gaat het in het coachingstraject om de relatie die je ontwikkelt waar passie, competentie en autonomie belangrijk zijn”.  

Belangrijke uitkomst aan het einde van de workshop was, dat de aanwezige schoolleiders graag een ruimer arsenaal aan coachingsvaardigheden zouden willen hebben. Anderzijds werd ook duidelijk dat er nog een wereld te winnen valt in het onderwijs als het gaat om coachen en gecoacht worden. Dit is nog geen gemeengoed, terwijl het merendeel van de opgeleide VO-managementcoaches aangeeft juist betere schoolleiders is geworden door dit leertraject.